Challenge 5: Bouwen

Voor ik de nieuwe challenges uitleg, krijgen jullie de oplossing van mijn raadsel. Het juiste antwoord was 'Iemand' of 'Iemands' (allebei deze antwoorden waren juist).

Voor degenen die dachten dat het antwoord 'Westen' was: je hebt je laten vangen, maar het is wel goed dat je de 4 windstreken kent. ;-) 

1) Bouw een toren


Ga op zoek naar materiaal en bouw een toren. Begin niet zomaar te bouwen, maar denk eerst na en maak ev. eerst een ontwerp op papier. Je mag constructiemateriaal gebruiken (bv. Lego, K'nex, ...), kosteloos materiaal (flessen, karton, ...), verbindingsmateriaal (plakband, touw, ...), ... (eigenlijk alles wat je maar in huis hebt), maar het is niet de bedoeling dat je spullen gaat kopen. Gebruik ook enkel het materiaal dat je mag gebruiken van je ouders. Zorg dat je toren voldoet aan volgende voorwaarden:

  • De toren moet groter zijn dan jou.
  • Je moet minstens 3 verschillende materialen gebruiken.
  • De toren moet stevig zijn en een boek kunnen dragen.
  • Je moet alles terug opruimen als je klaar bent.

Leg het boek op de toren, ga naast de toren staan en vraag aan iemand om een foto te nemen. Post je foto daarna op deze Padlet: https://padlet.com/dorien_vercauteren/fib0i53nzvbw Kijk ook eens naar de andere torens.

Vergeet niet om alles terug netjes op te ruimen!

KLAAR MET DEZE CHALLENGE? Typ dan de naam van de jongste torenbouwer in het groepsgesprek op Skype. (Lukt Skype niet? Stuur dan een e-mail naar de juf of plaats een reactie onder dit bericht.)


2) Bouw een 'kamp' waar je even alleen kan zijn.


3) De architect achterna

(Dit deel van de challenge duurt lang. Je mag hier gerust aan verder werken tijdens de paasvakantie als je daar zin in hebt.)

Even een klein corona-mopje voor ik de opdracht van deze challenge uitleg ...




Schuilt er een architect in jou??? Maak een plan van je huis! Neem je plan mee naar school na de vakantie om het aan de juf en aan de rest van de klas te tonen.
(PS: Het mopje hierboven is een mooi voorbeeld van een plan van een huis.)

Maak zelf een plan (= een plattegrond) van je huis door onderstaande stappen te volgen.

Om je plan te tekenen, werk je best op geruit papier, want in je huis heb je waarschijnlijk heel wat rechte hoeken. Heb je geen geruit papier, dan kan je gerust in je rekenschrift of op (klad)papier zonder ruitjes werken.

Wie een huis heeft met meerdere verdiepingen, maakt een plan van de verdieping waar de woonkamer zich bevindt. Je mag natuurlijk ook van elke verdieping een plan maken.
- We beginnen met de woonkamer. Ga met je materiaal naar de woonkamer en meet de lengte van één muur: wie een vouwmeter heeft, kan die gebruiken, maar je kan dit ook meten door te stappen --> een grote stap komt ongeveer overeen met een lengte van 1 meter.
- Teken deze muur met potlood op volgende manier op je plan: 1 meter in het echt, teken je als 2 cm. Een muur van bv. 8,5 meter lang, teken je dus als een lijn van 17 cm. (Een plan teken je niet in 3D, je tekent dus enkel het bovenaanzicht.)
- Meet en teken zo alle muren van de woonkamer.
- Neem een groene fluostift (of groen kleurpotlood) en overtrek de deuren met groen op je plan. Meet hiervoor goed hoe breed de deuren zijn en waar ze zich juist bevinden. Bv. een deur van 0,8 m breed = 80 cm breed --> dit ziet er op je plan uit als een groen lijntje van 1,6 cm.
- Doe hetzelfde voor de ramen en overtrek deze met blauw.
- Ga door een deur en teken ook deze kamer op je plan. Hou er rekening mee waar de kamers liggen ten opzichte van elkaar. Duid ook hier de deur(en) aan met groen en de ramen met blauw.
--> Geen paniek als het je niet lukt, je hoeft geen heel plan te kunnen tekenen. Als je dit te moeilijk vindt, kan je bv. elke kamer los van elkaar tekenen.
- Doe zo verder voor heel de verdieping. Zo krijg je een plan van heel de verdieping of zelfs van heel je huis.
- Maak een legende bij je plan om de kleuren duidelijk te maken.
- Bereken op welke schaal* je je plan getekend hebt (bv. 1:500 of 1:2 of ???). Noteer de schaal op je plan op 2 verschillende manieren.
*Tip van de juf: Maak een verhoudingstabel. Schrijf bovenaan een afmeting van een muur op papier en onderaan de overeenkomstige afmeting in het echt. Zorg dat je allebei de getallen in dezelfde maateenheid zet. Vereenvoudig beide getallen daarna tot het bovenste getal '1' is.

- Uitbreiding: Wie wil, kan ook de kasten, tafels, ... tekenen. Let op: Meet en reken telkens goed, zodat alles klopt met de werkelijkheid.
- Uitbreiding: Bereken de werkelijke oppervlakte van elke kamer en schrijf die telkens in de kamer.

- Toon je plan aan mama en/of papa. Vinden zij elke kamer op je plan?

Geen opmerkingen: